Een Rijksmonument uit 1896 gebouwd in een Art Nouveau stijl naar ontwerp van Gerrit van Arkel.
Art nouveau, ook wel Jugendstil of Nieuwe Kunst genoemd
Amsterdam is niet bijzonder rijk bedeeld met gebouwen in deze uitbundige kunst- en architectuurstijl, die rond 1900 in korte tijd Europa veroverde. Toch wordt ook hier het stadsbeeld verlevendigd door enkele fraaie voorbeelden van art-nouveau-architectuur. Zoals de naam al suggereert, was art nouveau (ook wel Jugendstil of Nieuwe Kunst genoemd) bedoeld als een breuk met de kunst uit het verleden. De betrokken kunstenaars waren in het bijzonder gekant tegen de imitatie van historische stijlen die het einde van de 19e eeuw beheerste, zoals neogotiek en neorenaissance. In plaats daarvan zochten zij nieuwe inspiratie in de natuur, vooral de plantenwereld. Architecten lieten daarnaast graag de constructie van hun bouwwerken zien. Het originele en ranke type ornament van de art nouveau leende zich uitstekend om die te benadrukken.
“Het beste stuck van/ ‘t huysbedryf/dat is een goet en/ hantsaem wyf”
De oorspronkelijke eetkamer op de tuinverdieping is afgewerkt in een Art Nouveau-trant en bezit onder meer een groen geverfde houten lambrisering en een groen geverfd houten plafond. In de lambrisering is een schouw opgenomen. Op de voorzijde van de schouw een fries met geschilderde draken die een tekst flankeren van P.C. Hooft: “Het beste stuck van/ ‘t huysbedryf/dat is een goet en/ hantsaem wyf”. Aan weerszijden van de boezem kleine deurtjes van de chambreerkast, die aan de binnenzijde beschilderd zijn met realistisch geschilderde vrouwfiguren met wijnglazen.
Door middel van de bloem- en diermotieven worden per wand de 4 Seizoenen en Dag en Nacht verbeeld.
De haardpartij heeft een floraal tegeltableau uit de plateelfabriek Rozenburg te Den Haag met randversiering en afbeelding van kastanje bloesem en blad. De lambrisering heeft in het hoge ondergedeelte een verdeling in vakken met gestileerde florale en dierlijke sjabloonschilderingen. Het bovendeel heeft grote met doek bespannen vakken met gestileerde florale sjabloonschilderingen. Door middel van de bloem- en diermotieven worden per wand de 4 Seizoenen en Dag en Nacht verbeeld. Het plafond heeft een uitgespaard centraal ovaal veld, omlijst door panelen met anjers. De hoeken beschilderd met elk een kreeft, langs de randen een band met waterlelie en (gele) lis.
Neo-Classicistische trant
Op de bel-étage kamers-en-suite waarvan de voorkamer (salon) in Neo-Classicistische trant is afgewerkt en een stucplafond bezit met een realistische schildering met putti en wolken verdeeld over drie vakken. Hieromheen een stucband en een randbeschildering met gestrikte linten en takjes. Het vertrek heeft verder een lage lambrisering en een schoorsteenmantel met pilasterstucwerk op de hoge boezem. De toegangsdeur heeft een bovendeurstuk met twee vogeltjes op een tak, opgenomen in een forse omlijsting. In het interieur zijn verder van belang de traphal met een nis met fonteintje, de trap en de tochtdeur met geëtst glas met bloemmotieven.
'Een woning met charme en grandeur, waar de huidige eigenaren met gevoel voor detail en sfeer het huis hebben gemoderniseerd.'